Vakantie Lapland

Een vakantie in het Finse deel van Lapland is iets heel bijzonders. In ongeveer 2 uur ben je in Helsinki, dan moet je nog even geduld hebben voor de jouw vlucht naar Inari. Maar eenmaal je in Lapland bent, geniet je ook meteen van de rust en de stilte. Wanneer je nu het best dat vliegtuig neemt, is moeilijk te zeggen. Elk seizoen heeft zo zijn eigenheden.
In de lente kun je in Lapland normaal gezien tot half mei skiën, hoewel de laatste jaren de dooi al vroeger begon en de beken op 1 mei ijsvrij waren. Langlaufen kun je er al vanaf eind oktober, hoewel het eigenlijk skiseizoen pas half februari begint.

Vanaf half maart tot half april is het in Lapland reeds twaalf tot vijftien uren licht per dag en ook het weer is dan ook bijzonder mooi. Perfect dus om skitoeren te maken. Wandelen door de natuur van Lapland is een genot. Er zijn geen straatgeluiden of andere geluiden, die onze leven typeren, die de rust storen. Alleen enkele rendieren tonen zich in de spierwitte natuur. Als dan ook nog de zon schijnt, is het geluk perfect.

Vanaf half juni, midzomernacht, begint het zomerseizoen in Lapland. De natuur is nu te genieten in zijn volle pracht. In de dalen zie je enkel dennenbomen en hoger berkenbossen. Helemaal bovenop de bergen vind je die fauna die typisch is voor hooggebergte. Voor vissers zijn er toelatingsbewijzen te kopen, wanneer ze zelf hun forel, baars of welke vis dan ook willen vangen.

De eerste weken van september is de ‘Ruska tijd’. Het loof van de bomen begint zijn bonte kleuren te krijgen. En wanneer in oktober de ‘Kaamos tijd’ begint kan het ‘Indian Summer’ gevoel niet meer op. Je wordt in Lapland getrakteerd op korte dagen en tijdens de nachten kun je het noorderlicht zien. En dan valt weer de winter.